Wat kunnen we hier van leren?

In het artikel ‘Een kijkje over de grens: Italië’ geeft Kristian Schneider een overzicht van de regeling voor restauratoren in Italië. En passant ook nog enkele belangrijke opmerkingen over de koers van E.C.C.O. en de EU. Wat leren we hiervan voor de situatie in Nederland?

Allereerst valt op dat de discussie tussen ‘academisch geschoold’ en ‘in praktijk opgeleid’ in Italië net zo uitgebreid is gevoerd als hier. En ook dat men heeft gekozen voor dezelfde oplossing als in Nederland: een lijst met personen die gekwalificeerd zijn voor het werk van de restaurator met een overgangsperiode voor personen die in praktijk opgeleid zijn. Alleen is Italië een stap verder: de overgangsperiode voor het aanmelden is inmiddels verstreken en nieuwe aanwas moet nu een academisch diploma hebben. In Nederland zal de overgangsperiode starten op 1 januari aanstaande en duren tot en met 2025. Voor beide landen geldt dat in de praktijk opgeleide vakmensen die zich voor het eind van de overgangsperiode hebben aangemeld, na bijscholing hun werk kunnen voortzetten.

Herkenning voelen we dan weer bij de teleurstelling over de rol van de lokale overheid. Omdat – zelfs bij een wettelijke regeling, zoals in Italië – het maar zeer de vraag is of een gekwalificeerd persoon op de juiste plaats ingezet wordt.

Verschillen zijn er ook: er is in Italië niet voorzien in bij- en nascholing, terwijl in Nederland naast erkenning van de vakbekwaamheid van een restaurator juist kwaliteitsverbetering de kern van de ambitie van het Restauratoren Register is. Verder wordt een deel van de opleidingen in Nederland niet op academisch niveau verzorgd.
Nog een verschil: in Italië is de lijst van erkende personen niet weergegeven in een ‘zoek'register op een website (RestauratorenRegister.nl), maar in ‘een statische pdf’ voor enerzijds personen met academische vorming en een met restauratoren zonder die kwalificatie.

Voor wie een zeer lange adem heeft: E.C.C.O en de EU bewegen in de richting: een academische vorming als uiteindelijke norm, maar met een overgangsperiode voor in praktijk opgeleide personen. Een richting die ERM met het RestauratorenRegister ondersteunt. De uitwerking in Nederland is zo, dat vakmensen niet buiten de deur worden gezet dus niet worden ‘gedeclasseerd’ maar volwaardig mee doen. Met bijscholing voor praktijkmensen in de overgangsperiode en nascholing voor alle Register Restauratoren, want ‘éducation permanente’ is de ziel van het Register. En met een register worden opdrachtgevers en overheden gefaciliteerd bij het zoeken naar en vinden van vakbekwame restauratoren.